Het is al een jaar geleden dat Marleen (25) aan de Vrije Universiteit afstudeerde in Nederlandse taal- en letterkunde. Met een master op zak sloeg ze aan het solliciteren. “Maar zelfs voor de meest eenvoudige redactiebaantjes, werd ik niet eens uitgenodigd voor een gesprek. Elke sollicitatie liep stuk op mijn gebrek aan werkervaring.” Na vier maanden besloot ze die werkervaring dan maar onbetaald op te doen. Vijf maanden werkte ze onbetaald bij een non-profitorganisatie. Nu werkt ze drie dagen in de week bij een ‘heel tof’ reclamebureau, tegen een stagevergoeding van 200 euro. De overige drie à vier dagen werkt ze in de horeca. “Ik ben mezelf met zes à zeven dagen in de week werken echt aan het afbeulen. Maar ja, ik kan wel full time in de kroeg gaan werken, maar dan doe ik geen relevante werkervaring op. Bovendien loop ik dan kans dat de nieuwe lichting afgestudeerden er straks met mijn baan vandoor gaat.”
Ook Laura Sannes (25), sinds half juli klaar met haar opleiding communicatie in Leeuwarden, koos voor deze ‘tussenoplossing’. Ze verlengde haar stage bij jongerenorganisatie NJR. Ze is volwaardig personeelslid, maar werkt met een stagecontract. “Financieel gezien is dit niet ideaal, maar het is wel dé manier om ervaring op te doen en te voorkomen dat ik een gat in mijn cv krijg. Ik vind niet dat ik word uitgebuit. Dit is mijn eigen keuze.”
Vakbond CNV Jongeren en studentenvakbond LSVb vragen zich dat ten zeerste af. “Het probleem is dat er veel onduidelijkheden zijn bij deze stages na de studie”, zegt CNV-bestuurslid Semih Eski. “Er geldt geen cao, maar ook niet de stage-overeenkomst van de opleiding. Wat gebeurt er bij ziekte? Is er recht op vakantiegeld? Hoe lang mag zo’n stagecontract duren? We zijn bang dat dit soort zaken niet goed geregeld zijn.” “Een stage is voor tijdens de studie”, zegt LSVb-voorzitter Kai Heijneman. “Werkgevers moeten de stage niet gebruiken om onder het betalen van minimumloon uit te komen.”
De bonden zijn momenteel het fenomeen van de ‘professionele stagiairs’ aan het inventariseren. Net als stagebanken als Stagemotor en Stageplaza zien de bonden een stijgende trend, vooral in de mode en de architectuur, maar hoeveel gediplomeerde stagiairs er bij benadering zijn, is onduidelijk. Ze komen immers niet terug in de werkloosheidsstatistieken. Eski van CNV: “Wat we vooral willen weten: is de professionele stage een kans om werkervaring op te doen, of is hier vooral sprake van uitbuiting, met de crisis als excuus.”
De enquête van CNV Jong en de LSVb vind je op www.stagenajestudie.nl
Bron: metronieuws.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten